Psalm 55a Exaudi Deus – God aanhoor

Blad: 66v

Lees:

Opschrift in rode letters op de vorige bladzijde: Tot het einde. In verzen. Een onderwijzing van/voor David. De stem van Christus tot de  moedigen van de Joden.

Bid: Vers 2-5

Kijk:

Angstig achterom kijkend rent de psalmist biddend naar een berg. Voor hem uit vliegt een vogel. Waar kom deze vogel vandaan? De psalmist wordt achtervolgd door een ruiter met een lans, die met zijn linkerhand op zijn oog wijst alsof hij wil zeggen: Ik heb je in het vizier! De kunstenaar heeft van de vijand en de zondaar in de psalm een soldaat te paard gemaakt.

Bid: Vers 6-20

Kijk nog eens:

De vogel die voor de psalmist uitvliegt is de duif uit de vergelijking die psalmist zelf in zijn gebed, in de verzen 7-9, maakt: Wie geeft mij de vleugels van een duif, dan vloog ik weg en ging rusten. Dan vluchtte ik zeker ver hiervandaan en bleef ik in de woestijn. Daar zou ik mij wel een toevluchtsoord zoeken voor wervelwind en orkaan.

Schrijf:

Voor de kerkvader Augustinus klinkt in deze psalm de stem van het lichaam van Christus. Hij vraagt zich af of wij als leden van dat lichaam die stem herkennen als onze eigen stem: Wie geeft mij de vleugels van een duif, dan vloog ik weg… Kijk nog eens naar de vogel in de illustratie: Was ik die vogel: waarvan zou ik weg willen vliegen en waarheen zou ik willen vluchten?